Groei:
Na je bekering mag je gaan groeien. Maar eerst eens kijken wat groei nou eigenlijk is. Even gezocht op internet en de volgende pakkende omschrijvingen of synoniemen vind ik:
Was, tier, vaag, bloei, aanwas, accres, rijping, wasdom, stijging, toename, opkomst, uitbouw, evolutie, expansie, beweging, verhoging, aanvulling, uitzetting, vergroting, ontplooiing, versterking, ontwikkeling, uitbreiding, vermeerdering, vermenigvuldiging, uitspruitsel…..
Een aantal van die woorden omschrijven goed het proces en wat er kan gebeuren bij groei. Als je je bekeerd hebt en weet dat je Jezus wilt volgen, Zijn discipel wilt zijn mag je daar mee aan het werk. Niet de mouwen opstropen en vanuit jezelf willen veranderen, maar vragen aan God en Jezus je te helpen in dit proces.
Je wilt meer op Jezus gaan lijken, als pasgeboren, bekeerd kind van God wil je groeien naar een volwassen zoon. Je hebt je oude leven achter je gelaten. Je bent gedoopt in water en in Gods Geest. Toch probeert het ‘oude leven’ zich nog op te dringen. Vaak op momenten dat je je zwak voelt. De satan probeert je als het ware terug te trekken naar het oude leven waar je juist nee tegen hebt gezegd. Dat zal hij op verschillende manieren proberen. Wees daar niet bang voor, maar wees alert. Probeer situaties te voorkomen waar je kwetsbaar kunt zijn.
Dit groeiproces is een blijvend proces totdat je het volle zoonschap bereikt. In mijn leven zit ik nog midden in het groeiproces. Dagelijks leer ik nog. wat ik bijv. moet zeggen of juist niet zeggen; of doen of dus juist niet moet doen. Wat en hoe ik mag denken over mijzelf of de ander.
Als je er vanuit je hart en verstand, vanuit je hele wezen er voor gekozen hebt om Jezus te volgen, je leven aan Hem te geven en dus terug te keren naar God, je hemelse Vader, zal het proces dus gaan starten. Kort wil ik een paar woorden in dit proces beschrijven:
Genade, vrede, vergeving, eerlijk, geduld, afhankelijk en standvastig.
Het is enkel genade van God dat we kunnen en mogen groeien als kind van God. Ons oude leven kan zich blijven opdringen op bepaalde momenten. De kans om terug te vallen is er. De satan wil je niet zo maar loslaten. Je bent na je bekering als het ware uit de duisternis in het licht van God gestapt. Je bent Gods eigendom geworden. Je hebt Hem ook nodig om verder te kunnen groeien. Soms val je. Dan zondig je weer. Weet dan dat je altijd weer naar God kunt gaan en eerlijk aan mag geven dat het verkeerd is gegaan. Vergeving zal je ontvangen, het is genade van God. Hij weet al wat er is gebeurd, maar deel het met Hem en ga weer verder op weg. Wees eerlijk en heb geduld. Wees standvastig en afhankelijk van God. Laat Zijn Geest je leiden en helpen in je leven van iedere dag, je groeiproces. Je zult merken in dit groeiproces, dit leven van groei en ontwikkeling steeds meer de vrede van God ontvangen en ervaren in je leven.
Groei brengt dus ook strijd met zich mee. Maar ook overwinning. Soms zal er ook gesnoeid moeten worden in je leven. In de tuin zijn er ook planten die gesnoeid moeten worden om groei en bloei te gaan voortbrengen. God zal zaken in je leven aanwijzen die weggesnoeid mogen worden. Hij zal dat stap voor stap en liefdevol doen. Geduldig en stap voor stap. Geef je je leven aan hem, dan gaat Hij met je aan de slag. Terugkijken op mijn leven ben ik zeer blij met wat ik heb mogen meemaken in mijn groeiproces, mijn groeileven. Het was niet allemaal even makkelijk, maar door alles heen heeft God mij aan de hand gehouden en heb ik mogen ervaren dat Hij steeds aan mijn zijde is geweest. En dat zal Hij blijven.
In de gelijkenissen die Jezus spreekt komen vaak natuurlijke voorbeelden voor. Twee gelijkenissen kwamen in mijn gedachten tijdens het schrijven van dit gedeelte:
De gelijkenis van de zaaier en die van het mosterdzaadje.
Mattheus 13: ( statenvertaling)
1 En te dien dage Jezus, uit het huis gegaan zijnde, zat bij de zee. 2 En tot Hem vergaderden vele scharen, zodat Hij in een schip ging en nederzat, en al de schare stond op den oever. 3 En Hij sprak tot hen vele dingen door gelijkenissen, zeggende: Ziet, een zaaier ging uit om te zaaien. 4 En als hij zaaide, viel een deel van het zaad bij den weg; en de vogelen kwamen en aten datzelve op. 5 En een ander deel viel op steenachtige plaatsen, waar het niet veel aarde had; en het ging terstond op, omdat het geen diepte van aarde had. 6 Maar als de zon opgegaan was, zo is het verbrand geworden; en omdat het geen wortel had, is het verdord. 7 En een ander deel viel in de doornen; en de doornen wiesen op, en verstikten hetzelve. 8 En een ander deel viel in de goede aarde, en gaf vrucht, het een honderd-, het ander zestig-, en het ander dertig voud. 9 Wie oren heeft om te horen, die hore.
De uitleg geeft Jezus iets later in dit hoofdstuk:
18 Gij dan, hoort de gelijkenis van den zaaier. 19 Als iemand dat Woord des Koninkrijks hoort, en niet verstaat, zo komt de boze, en rukt weg, hetgeen in zijn hart gezaaid was; deze is degene, die bij den weg bezaaid is. 20 Maar die in steenachtige plaatsen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort, en dat terstond met vreugde ontvangt; 21 Doch hij heeft geen wortel in zichzelven, maar is voor een tijd; en als verdrukking of vervolging komt, om des Woords wil, zo wordt hij terstond geërgerd. 22 En die in de doornen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms verstikt het Woord, en het wordt onvruchtbaar. 23 Die nu in de goede aarde bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort en verstaat, die ook vrucht draagt en voortbrengt, de een honderd-, de ander zestig-, en de ander dertig voud.
(nog verder uitwerken)
19/2/2017